Balans tussen verfijning en massiviteit

VERTICAL is het resultaat van een samenwerking tussen vijf verschillende architecten. Architect Chris Collaris gaat aan de slag met duurzame, bijzondere materialen en licht zijn idee achter het ontwerp toe.

Vijf architecten betekent vijf stijlen en vijf werkwijzes. Toch ligt er voor het project VERTICAL één complementair en uniek ontwerp. In deze serie praten we met de architecten over het achterliggende idee van het ontwerp en hun manier van werken. Chris Collaris (1981) is één van deze vijf architecten. We zoeken hem op in zijn studio in het Amsterdamse Ouder Amstel.

 

Chris Collaris onderscheidt zich in zijn projecten als een klassieke architect. Typerend aan zijn ontwerpen zijn het gebruik van donkere houten gevels en duurzame materialen. Bij VERTICAL is hij verantwoordelijk voor het ontwerp van twee gebouwdelen in de plint van het gebouw: onder de lage toren van architect Donna van Milligen Bielke en onder de hoge toren van NL Architects aan de noord-oost zijde.

Reageren op de torens

“De essentie van VERTICAL is wat mij betreft de diversiteit van het totale plan. Het contrast zit niet alleen tussen de twee torens, maar ook in het ontwerp van de torens zelf. We vonden het interessant om met het ontwerp van onze bouwdelen te reageren op het grote volume van de torens. De hoge toren is transparant met veel glas. Daar hebben we gekeken hoe we een woning conglomeraat konden maken dat massief oogt, met diepe neggen en nissen. In het lage gebouw werken we met een verfijnde, houten materialisering. Dat geeft een mooi contrast met de bovenliggende betonnen aardlagen in de toren van Donna.”

Houten gevel

“Donkere houten gevels is een soort handelsmerk van mij geworden. Voorbeelden van waar ik donkere houten gevels gebruik zijn Woonhuis MM en Saahouse in Amsterdam. Deze houten gevels zijn gemaakt van duurzame, natuurlijke producten. In VERTICAL ga ik nog een stapje verder. Zo wordt de houten gevel onder de toren van Donna niet in kleur gecoated, maar vergrijst natuurlijk. Een coating is onderhoudstechnisch gezien niet handig en de brandwerendheid kunnen we bereiken met een polymeren behandeling zonder dat het invloed heeft op de kleur van het hout. We hebben gekozen voor een verduurzaamde houtsoort: Fraké. Dat is een houtsoort die heel mooi vergrijst en past binnen het beleid van Heijmans om alleen nog maar met duurzaam hout te werken. Deze gevel voldoet straks aan alle eisen, maar oogt heel natuurlijk.”

Shiny grijs

“Het Fraké hout gaat leven en ‘natuurlijk vergrijzen’. Het hout begint met een bruine tint, maar wordt na verloop van tijd grijzer en gaat steeds meer shinen in het zonlicht. En ja, het hout zal ook vergroenen omdat we veel groen in het plan toepassen en omdat een groot deel van mijn ontwerp aan de noordzijde is gesitueerd. Normaal is dat een kwetsbaarheid, maar in dit ontwerp heeft het juist een meerwaarde.”

Kaleien

“In ons andere bouwdeel, onder de hoge toren van NL Architects, hebben we gekozen voor een monolitisch geheel van gestapelde blokken. Hier gaan we werken met een gebakken steen. Dat klinkt heel saai, een baksteen, maar we gaan hier echt iets anders mee doen. We gaan proberen met restpartijen muren te maken. Dat is duurzamer en goedkoper. Die gemetselde muren gaan we dan kaleien: inpakken met een lichtgekleurde, dekkende laag op basis van kalk. Het kaleien zorgt ervoor dat het gebouw kan blijven ‘ademen’ ondanks dat de wanden een zeer sterk monolitisch karakter hebben.”

Iedereen een buiten

“Met ons ontwerp zitten we aan de groene omzoming van het plan. Daarom wilden we alle bewoners een buitenruimte geven. Door in de lage toren een horizontaal verschil van ruim een meter aan te brengen tussen de toren van Donna en ons ontwerp hebben we extra ruimte gecreëerd. Dit gaf vrijheid in de invulling van het gebouw, zoals raamoppervlaktes, vides, loggia’s en buitenruimtes. Alleen dan geen buitenruimtes zoals je die al kent, maar loggia’s met sprongetjes en een soort ‘tuintjes op hoogte’. Het hoeft niet allemaal symmetrisch en perfect gelijk aan elkaar te zijn. Dan wordt het saai. We willen het juist menselijk en interessant maken.”